Leesplan informatie

Grenzen 101Voorbeeld

Boundaries 101

Dag 3 van 5

Goed erin, kwaad eruit

Grenzen helpen ons om ons eigendom te onderscheiden zodat we er zorg kunnen voor dragen. Ze helpen ons om ons hart te bewaken "boven alles" (Spreuken 4:23, HTB). We moeten dingen die ons zullen voeden in onze omheining bewaren en dingen die ons zullen schaden, erbuiten houden. Kortom, grenzen helpen ons om het goede binnen te houden en het kwade erbuiten. Zij bewaken onze schatten (Mattheüs 6:19-20) zodat mensen ze niet zullen stelen. Ze houden de parels binnen en de zwijnen buiten (Mattheüs 7:6).


Soms bevindt het kwade zich aan onze binnenkant en het goede aan de buitenkant. In die situatie moeten we in staat zijn onze grenzen te openen om het goede binnen en het kwade buiten te laten. Met andere woorden, onze hekken hebben poorten nodig. Als ik bijvoorbeeld ontdek dat ik binnenin pijn of zonde heb, dan moet ik mij openstellen en dit vertellen aan God en anderen zodat ik genezen kan worden. Pijn en zonden belijden helpt om 'het buiten te krijgen' zodat het me van binnen niet blijft vergiftigen (zie 1 Joh. 1:9; Jak. 5:16; Marcus 7:21-23).


En wanneer het goede buiten is, moeten we onze poorten openen en het 'binnenlaten". Jezus noemt dit het 'ontvangen' van Hem en zijn waarheid (zie Openbaring 3:20; Joh. 1:12). Andere mensen hebben goede dingen om ons te geven en daarvoor moeten we onze harten wijd openen (2 Kor. 6:11-13). Vaak sluiten we onze grenzen voor de goede dingen van anderen. We blijven dan in een staat van gemis.


Kortom, grenzen zijn geen muren. De Bijbel zegt niet dat we 'afgeschermd' moeten worden van anderen; de Bijbel zegt zelfs dat we één met hen moeten zijn (Joh. 17:11). We moeten in gemeenschap zijn met hen. Maar in elke gemeenschap hebben alle leden hun eigen ruimte en bezit. Het belangrijkste is dat de gebiedsgrenzen genoeg kunnen doorlaten en sterk genoeg zijn om gevaar tegen te houden.


Vaak, wanneer mensen als kind mishandeld zijn, draaien zij de functies van grenzen om en houden zij het kwade binnen en het goede buiten. Toen Mary opgroeide, werd ze mishandeld door haar vader. Ze werd niet aangemoedigd om goede grenzen te ontwikkelen. Als gevolg daarvan sloot ze zichzelf af en hield ze de pijn vanbinnen vast; ze stelde zich niet open om haar verdriet te uiten en het uit haar ziel te halen. Ze stelde zich ook niet open voor steun van buitenaf die haar kon helpen genezen. Bovendien liet ze anderen constant toe om nog meer pijn in haar ziel te 'dumpen'. Onder andere als gevolg daarvan droeg ze heel veel pijn toen ze om hulp vroeg, werd ze nog steeds mishandeld, en was ze 'afgeschermd' van steun van buitenaf.


Ze moest de manier omdraaien waarop haar grenzen werkten. Ze had hekken nodig die sterk genoeg waren om het kwade buiten te houden en poorten in deze hekken om het kwade eruit te laten wat al aanwezig was in haar ziel, en het goede dat ze dringend nodig had, binnen te laten.


 


Dag 2Dag 4

Over dit leesplan

Boundaries 101

Voelt je leven oncontroleerbaar aan? Misschien heb je onverklaarbare gevoelens van schuld, angst, verontwaardiging, machteloosheid, boosheid of diepe emotionele pijn die zijn verbonden met mensen die je kent. In hun boek...

More

We willen HarperCollins/Zondervan/Thomas Nelson bedanken voor het beschikbaar stellen van dit leesplan. Ga voor meer informatie naar: http://www.boundariesbooks.com/

YouVersion gebruikt cookies om je ervaring te personaliseren. Door onze website te gebruiken ga je akkoord met ons gebruik van cookies zoals beschreven in ons Privacybeleid