Psalm 37 – Een blauwdruk voor het levenVoorbeeld

‘Vertrouw op de Heer’

Vandaag staat Psalm 37:3 centraal.

Ken je dat filmpje over een teambuildingssessie in, naar ik vermoed, een kerk? De leider van de sessie wil met de mensen een oefening in vertrouwen doen: één iemand gaat op een stoel staan, die laat zich op tel drie naar achteren vallen en de andere mensen vangen hem dan op. Eén van de aanwezigen, een jonge gast, deed dat meteen! Hij ging staan, kruiste de armen, en bij ‘3, 2, 1’ liet hij zich niet naar achteren vallen (waar iedereen stond om hem op te vangen), maar naar voren!!! Meteen een YouTube-hit, natuurlijk, maar niet helemaal de bedoeling. 

Wat ik nu zo mooi vind, is het vertrouwen van die jongeman. Je mag het naïef vinden, maar hij gaat er maar mooi staan, met z’n ogen dicht, en hij láát zich vallen. Over dat soort vertrouwen gaat vers 3 van Psalm 37. 

Als het gaat om vertrouwen heb je wat ik noem: ‘springers en calculeerders’. En je weet vast meteen wat ik bedoel. Springers maken dat calculeerders wel eens denken ‘ik wou dat ik…’. En calculeerders maken dat springers wel eens denken ‘Had ik nu maar…’. 

Paulus lijkt beide soorten aardig in zich weten te verenigen. Hij begint zijn actieve bestaan als geradicaliseerde calculeerder. Hij weet, met de wet in zijn hand, precies dat die ‘valse’ profeet uit Nazareth vervolgd moet worden Maar, Jezus schudt hem op weg naar Damascus zó door elkaar dat hij zomaar een springer wordt. Hop, het leven met Jezus in.

En ik vermoed dat Paulus er vanaf toen steeds beter in werd om gecalculeerde sprongen te maken. Steeds rekenend met wie en wat Jezus in zijn bestaan vertegenwoordigd. Daarom kan hij dus ook, vanuit de gevangenis, zulke woorden van hoop en troost spreken. Paulus lijkt zo te leven vanuit het tweede stukje van Psalm 37:3 over ‘wonen’. Letterlijk staat er: voed jezelf aan Gods getrouwheid, aan zijn faithfulness. Zo leeft Paulus, volop in vertrouwen. En hij nodigt jou en mij daar óók toe uit!

Vragen: 

• Wat ben jij voor vertrouwend mens: een springer of een calculeerder?


• Kennelijk had de jongeman uit het voorbeeld aan het begin genoeg vertrouwen in de mensen om hem heen om zich zomaar te laten vallen. Zou jij dat ook hebben?