Groei in genade én kennis! (deel 2)Voorbeeld

‘Deze mensen zijn bronnen zonder water, wolken die door een wervelwind voortgedreven worden, voor wie de diepste duisternis tot in eeuwigheid bewaard wordt. Want door zeer hoogdravende woorden vol onzin te spreken, verlokken zij met de begeerten van het vlees en met losbandigheden mensen die daadwerkelijk ontvlucht waren aan hen die in dwaling verkeren. Zij beloven aan hen vrijheid, terwijl zij zelf slaven van de verdorvenheid zijn; want door wie iemand overwonnen is, van hem is hij ook een slaaf geworden’  (2 Petrus 2:17-19, HSV).

Petrus wijst er in de verzen waar we vandaag bij stilstaan op dat schijn bedriegt. De dwaalleraars zijn als bronnen, maar er komt geen water uit (in Jeremia 14:3 komen we dit beeld ook tegen). Ze zijn als wolken die door de harde wind voorbij vliegen, maar regen blijft uit (in Judas 1:12 lees je hier ook over). Het optreden van de dwaalleraars levert geestelijk gezien niets op. Geestelijk een lege huls. Ook zullen ze door God veroordeeld worden: ‘de stikdonkere duisternis is voor eeuwig hun deel’. 

Maar zover is het nog niet. Nu houden ze nog volop hun ‘motivational speeches’. Het klinkt als een klok maar het bouwt geestelijk niet op. Ze richten zich op mensen die nog niet stevig in hun geloofsschoenen staan en hebben geweldige adviezen voor ze. De jong-gelovigen zijn net tot bekering gekomen en dreigen hierdoor weer terug te zakken in hun oude leven. In hun peptalks roepen ze hen toe: "je bent vrijgekocht. Sta in de vrijheid en laat je de wet van God niet opleggen. Volg onze lijn maar, want het leidt tot werkelijke vrijheid."

Alsof vrijheid betekent dat bekeerde mensen zelf het goede kiezen en ze zich alles kunnen veroorloven. Deze leraars gebruiken het zelf als dekmantel voor de zonde. Ze zijn geen slaaf van Christus, maar misbruiken zijn naam en zijn slaaf van de zonde. 

Petrus sluit af met een gebruikelijke regel uit het krijgsrecht: ‘de overwonnene wordt dienaar van de overwinnaar’. Je ziet het, overwonnen door de zonde is de zonde over hun gaan regeren. En Jezus... zijn naam wordt door het slijk gehaald en verloochend.