Leesplan informatie

Jij en de kerkVoorbeeld

Jij en de kerk

Dag 1 van 6

Wat is de kerk?


Om goed te beginnen is het belangrijk om eerst eens duidelijk te maken: wie, of wat, is nou ‘de kerk’? 


Wanneer je het Nieuwe Testament in de oorspronkelijk taal, het Grieks, zou lezen, ga je ontdekken dat het woord ‘kerk’ er helemaal niet in voorkomt! En nog steeds, in veel Bijbelvertalingen kom je dit woord niet tegen. Het gaat over ‘de gemeente’. Deze gemeente betekent eigenlijk hetzelfde als de kerk, het zijn dezelfde mensen en je kunt beide woorden prima gebruiken om dezelfde groep te omschrijven: christenen!


Terug naar de vraag: wie of wat is de gemeente? In 1 Timotheüs 3:15 staat het antwoord. Hier staat: ‘...want de gemeente is het huisgezin van de levende God, ze is de pijler en het fundament van de waarheid’ (HTB). 


Er staan 2 dingen:


1. De gemeente is het huisgezin van de levende God.


2. De gemeente is de pijler en het fundament van de waarheid.


Vandaag willen we alleen kijken naar het eerste punt, morgen kijken we naar punt 2.


Het eerste wat dus gezegd wordt: wij zijn het huisgezin van God. Dit betekent dat wij Gods familie mogen zijn: zijn zonen en dochters. De kerk is Gods gezin. 


In de tijd dat dit geschreven werd, daar in het Midden-Oosten, was familie het belangrijkste en je eerste prioriteit. Het was ontzettend belangrijk dat je goed zorgde voor je familie en dat je hen ook zou helpen. Je hielp je ouders, zonder vragen, en je werkte mee om geld te verdienen. Niet om dan zelf even een frietje te halen, maar zodat je kon bijdragen aan het gezin.


Wat Paulus hier zegt, laat zien dat er een nieuwe tijd is aangebroken. Hij durft te zeggen: de gemeente is Gods gezin. Dus zorg éérst voor de gemeente, help hen, werk mee binnen de gemeente en doe dat niet zodat je er zelf wat aan verdient, maar doe dat zodat je kan bijdragen aan Gods familie! Doe het uit liefde, niet omdat het moet.


In Marcus 3:31-35 staat Jezus in een huis en iedereen is zo benieuwd naar wat hij zegt, dat het hele huis vol is. Mensen komen van alle kanten op Jezus af. Ook Jezus' moeder, Maria, en zijn broers kwamen bij het huis. Ze wilden met Jezus spreken. Zie je het voor je? Maria stond buiten te wachten, en omdat familie zo belangrijk was in die cultuur, werd er al snel binnen geroepen: ‘Jezus! Uw moeder en broers staan buiten, ze willen U spreken!’ En hier deed Jezus iets wat niemand had zien aankomen. Hij koos om niet naar buiten te lopen, om niet naar zijn familie te gaan. Hij keek naar de mensen die binnen zaten en wees hén aan als familie. Hij zei: ‘want wie de wil van God doet, is mijn broer en zus en moeder’. 


Wie doet wat God wil, is de familie van Jezus. En wij, als gemeente, mogen voorop staan in het doen van Gods wil. 


Vraag:

Zie jij de gemeente als jouw familie? Waarom wel/niet? 


Gebed:

Vader, dank U wel dat ik uw zoon/dochter mag zijn. Ik mag deel uitmaken van uw gezin. Ik wil graag samen met uw gemeente tot zegen zijn voor de mensen in de gemeente en daarbuiten, zodat uw wil wordt gedaan. Wilt U laten zien hoe ik dat het beste kan doen?

In Jezus’ naam, amen.

Dag 2

Over dit leesplan

Jij en de kerk

Dit leesplan van Heartbeat Nederland is geschreven n.a.v. de online Pinksterconferentie van Youth.Opwekking op zaterdagavond 30 mei 2020. Het thema ging die avond over: ‘jij en de kerk’. Wat is de kerk? Wat is Gods plan ...

More

We willen Heartbeat Nederland bedanken voor het verstrekken van dit plan. Ga voor meer informatie naar: https://heartbeatnederland.nl/

YouVersion gebruikt cookies om je ervaring te personaliseren. Door onze website te gebruiken ga je akkoord met ons gebruik van cookies zoals beschreven in ons Privacybeleid