Hebreeën 7:4,8,13,15,18
Hebreeën 7:4 NBG-vertaling 1951 (NBG51)
Merkt dan op, hoe groot deze is, aan wie de aartsvader Abraham een tiende gegeven heeft van het beste van de buit.
De brief aan de Hebreeën 7:8 NBG-vertaling 1951 (NBG51)
En hier ontvangen sterfelijke mensen tienden, doch dáár iemand, van wie wordt getuigd, dat hij leeft.
De brief aan de Hebreeën 7:13 NBG-vertaling 1951 (NBG51)
Want Hij, van wie aldus wordt gesproken, heeft behoord tot een andere stam, waaruit niemand met het altaar te doen had
De brief aan de Hebreeën 7:15 NBG-vertaling 1951 (NBG51)
En nog veel duidelijker wordt het, als naar het evenbeeld van Melchisedek een andere priester opstaat
De brief aan de Hebreeën 7:18 NBG-vertaling 1951 (NBG51)
Want een vroeger voorschrift wordt wel afgeschaft, als het zonder kracht en nut is
Hebreeën 7:4 Het Boek (HTB)
Uit het volgende blijkt wel hoe groot deze Melchisedek is. Zelfs Abraham, de eerste voorvader van Gods volk, gaf hem een tiende deel van alles wat hij in de strijd tegen de koningen had buitgemaakt.
Hebreeën 7:8 Het Boek (HTB)
Verder is het zo dat in het ene geval de priesters, sterfelijke mensen, een tiende kregen van wat de mensen oogstten of verdienden, terwijl in het andere geval Melchisedek ze kreeg, van wie vermeld staat dat hij altijd blijft leven.
Hebreeën 7:13 Het Boek (HTB)
Wij weten allemaal dat Christus niet bij de priesterstam van Levi hoort
Hebreeën 7:15 Het Boek (HTB)
Het is dus duidelijk dat God een andere weg is ingeslagen.
Hebreeën 7:18 Het Boek (HTB)
Het oude systeem, waarin men priester werd omdat men tot een bepaalde stam behoorde, is opgeheven omdat het niet werkte.
Hebreeën 7:4 BasisBijbel (BB)
Abraham, de voorvader van het volk Israël, gaf aan deze man een tiende deel van de buit. Dat betekent dat Melchizédek een heel belangrijk persoon was.
Hebreeën 7:8 BasisBijbel (BB)
In de tempel ontvangen sterfelijke priesters de tienden. Maar van Melchizédek die van Abraham tienden kreeg, wordt gezegd dat hij eeuwig leeft.
Hebreeën 7:13 BasisBijbel (BB)
Want Jezus, over wie het hier gaat, komt uit een andere stam dan de priesters. De stam waaruit Jezus kwam, deed geen priesterdienst bij het altaar.
Hebreeën 7:15 BasisBijbel (BB)
Maar nu is er een nieuwe Priester, één die net als Melchizédek is.
Hebreeën 7:18 BasisBijbel (BB)
Volgens de oude wet konden alleen mannen uit de stam van Levi priester worden. Maar die wet werd afgedankt, omdat hij niet werkte en dus nutteloos was.
Hebreeën 7:4 Herziene Statenvertaling (HSV)
Merk nu op hoe groot hij geweest is, iemand aan wie de aartsvader Abraham zelfs een tiende deel van de buit gegeven heeft.
Hebreeën 7:8 Herziene Statenvertaling (HSV)
En hier nemen sterfelijke mensen tienden, maar daar nam iemand ze van wie getuigd wordt dat hij leeft.
Hebreeën 7:13 Herziene Statenvertaling (HSV)
Want Hij van Wie deze dingen gezegd worden, behoort tot een andere stam, waarvan niemand zich ooit tot de altaardienst begeven heeft.