Openbaring 16:8-21

Openbaring 16:8-21 HTB

De vierde engel goot zijn schaal uit over de zon, die de mensen met haar vuur moest verbranden. De mensen verbrandden door de grote hitte. Maar in plaats van zich te bekeren en God alle eer te geven, vervloekten zij Hem die de macht over de plagen heeft. De vijfde engel goot zijn schaal uit over de troon van het beest, waardoor het in het koninkrijk van het beest vreselijk donker werd. De mensen hadden zoʼn pijn dat ze op hun tong beten. Zij vervloekten de God van de hemel vanwege hun pijn en hun zweren in plaats van hun slechte leven vaarwel te zeggen en hun redding bij God te zoeken. De zesde engel goot zijn schaal over de grote rivier de Eufraat uit. Het water droogde op en maakte zo de weg vrij voor de koningen uit het oosten. Toen zag ik uit de bek van de draak, uit de bek van het beest en uit de mond van de valse profeet drie boze geesten komen. Zij zagen eruit als kikkers. Het waren duivelse geesten, die opmerkelijke dingen deden. Zij gingen alle koningen van de aarde langs om hen bijeen te brengen voor de oorlog op de grote dag van de Almachtige God. ‘Ik kom als een dief in de nacht. Gelukkig is hij die wakker blijft en zijn kleren aanhoudt. Hij hoeft niet naakt rond te lopen en zich voor iedereen te schamen.’ En de drie geesten brachten de koningen en hun legers bijeen op de plaats die in het Hebreeuws Harmagedon heet. De zevende engel goot zijn schaal in de lucht uit. Een stem riep vanaf de troon in de tempel: ‘Het heeft zich allemaal voltrokken!’ Het begon te bliksemen, te rommelen en te donderen en er kwam een enorme aardbeving, zoals er nog nooit was geweest, zolang er mensen op aarde wonen. Zo hevig was de aardbeving. De grote stad Babylon scheurde in drie stukken en de andere steden van de wereld veranderden in puinhopen. God was niet vergeten wat het grote Babylon allemaal had misdaan. Zij moest de beker met de wijn van de grimmige toorn van God tot op de bodem leegdrinken. Alle eilanden verdwenen en van de bergen was niets meer te zien. Daarna begon het vreselijk te hagelen, loodzware hagelstenen kwamen op de mensen neer. Het was een verschrikkelijke ramp en de mensen vervloekten God.

Gratis leesplannen en overdenkingen die te maken hebben met Openbaring 16:8-21

YouVersion gebruikt cookies om je ervaring te personaliseren. Door onze website te gebruiken ga je akkoord met ons gebruik van cookies zoals beschreven in ons Privacybeleid