2 Koningen Inleiding

Inleiding
2 Koningen, dat één geheel vormt met 1 Koningen, beslaat een periode van ongeveer tweehonderdvijftig jaar waarin zich twee nationale rampen voordoen in de twee delen waaruit Israël bestaat. In het jaar 722 voor Christus wordt het noordelijk koninkrijk, Israël, door de Assyriërs veroverd en in 586 voor Christus wordt Juda, het koninkrijk in het zuiden, door de Babyloniërs ingenomen. Het bewind van de diverse koningen wordt beschreven, waarbij de nadruk wordt gelegd op de geestelijke betekenis van hun daden. In deze periode van goede en slechte koningen, oorlog en vrede, voorspoed en rampen, is God duidelijk werkzaam, vooral in het sturen van profeten die zijn woord doorgeven en waarschuwen voor zijn oordeel.
Dit boek toont dat God onder alle omstandigheden het lot van mens en volken in handen heeft. Zij die het volk Israël regeren denken wel de dienst uit te maken, maar God gebruikt zelfs de vijanden van zijn volk voor zijn grote plan door hen de ongehoorzame koningen van Israël en Juda te laten straffen. Het boek laat zien dat zonde altijd oordeel tot gevolg heeft, terwijl rechtvaardigheid en goedheid altijd worden beloond met Gods zegen. Verder laat 2 Koningen zien dat aan Gods oordeel altijd een waarschuwing voorafgaat.

Markering

Deel

Kopiëren

None

Wil je jouw markerkingen op al je apparaten opslaan? Meld je aan of log in

YouVersion gebruikt cookies om je ervaring te personaliseren. Door onze website te gebruiken ga je akkoord met ons gebruik van cookies zoals beschreven in ons Privacybeleid