Spreuken 30:15-16,32-33
Spreuken 30:15-16 NBG-vertaling 1951 (NBG51)
De bloedzuiger heeft twee dochters: geef, geef! Deze drie zijn onverzadelijk, vier zeggen nooit: Het is genoeg: het dodenrijk en de onvruchtbare schoot, de aarde, die nooit van water verzadigd wordt, en het vuur, dat nooit zegt: het is genoeg!
De Spreuken 30:32-33 NBG-vertaling 1951 (NBG51)
Hetzij gij u ondoordacht verheft, hetzij wel overwogen: de hand op de mond! Want drukking van de melk brengt boter voort, en drukking op de neus brengt bloed voort, en drukking van toorn brengt twist voort.
Spreuken 30:15-16 Het Boek (HTB)
De bloedzuiger heeft twee dochters: ze zijn onverzadigbaar en willen steeds meer. Drie dingen zijn absoluut niet te verzadigen, voor de volgende vier dingen is het nooit genoeg: het graf, een onvruchtbare baarmoeder, de aarde die nooit genoeg water heeft, en het vuur. Geen van die vier zegt ooit: ‘Nu is het genoeg.’
Spreuken 30:32-33 Het Boek (HTB)
Hebt u in uw woede dwaas gehandeld of hebt u kwaad in de zin, zwijg dan en voer uw plan niet uit! Want door melk te karnen ontstaat boter, door te hard op de neus te drukken ontstaat een bloedneus en door woede op te wekken ontstaat ruzie.
Spreuken 30:15-16 BasisBijbel (BB)
Een uitzuiger kent maar twee woorden. Het ene woord is: "Geef!" Het andere is: "Geef!" En er zijn drie, nee, vier dingen die nooit genoeg hebben: het dodenrijk, een vrouw die geen kinderen kan krijgen, de aarde die steeds opnieuw water nodig heeft en het vuur dat nooit zegt: "Het is genoeg!" Alle vier roepen ze: "Geef!"
Spreuken 30:32-33 BasisBijbel (BB)
Als je zo dom bent geweest om over jezelf op te scheppen, of als je kwaad van plan bent, houd je hand dan op je mond en zwijg! Als je melk slaat, ontstaat er boter. Als je iemand op zijn neus slaat, komt er bloed. En als je in woede een man slaat, ontstaat er een gevecht.