Marcus 11:7-9
Marcus 11:7-9 NBG-vertaling 1951 (NBG51)
En zij brachten het veulen tot Jezus en legden hun klederen daarop en Hij ging erop zitten. En velen spreidden hun klederen op de weg en anderen groen, dat zij van het veld plukten. En die voorgingen en die volgden riepen: Hosanna! Gezegend Hij, die komt in de naam des Heren
Marcus 11:7-9 Het Boek (HTB)
Zij brachten het veulen bij Jezus, legden hun jassen erop en Hij ging erop zitten. Vele mensen spreidden nu voor Hem hun jassen op de weg uit. Anderen legden takken met bladeren voor Hem neer die zij van de bomen hadden gerukt. Jezus reed midden tussen een zee van mensen die riepen: ‘Hosanna! Gezegend is Hij die komt in de naam van de Here!
Marcus 11:7-9 BasisBijbel (BB)
Ze brachten het ezeltje naar Jezus en legden hun mantels er op. Toen ging Jezus op de ezel zitten. En heel veel mensen spreidden hun mantels uit op de weg. Andere mensen trokken takken met bladeren van de bomen en legden die op de weg. En de mensen die voor Jezus uit liepen en achter Hem aan kwamen riepen: "Hosanna! (= 'Red toch!') Gods zegen op de Man die door de Heer is gestuurd!
Marcus 11:7-9 Herziene Statenvertaling (HSV)
En zij brachten het veulen bij Jezus en wierpen hun kleren erop; en Hij ging erop zitten. Ook spreidden velen hun kleren op de weg uit en anderen hakten twijgen van de bomen en spreidden ze op de weg uit. En zij die vooropliepen en zij die volgden, riepen: Hosanna! Gezegend Hij Die komt in de Naam van de Heere!