Genesis 1:9-10
Genesis 1:9-10 NBG-vertaling 1951 (NBG51)
En God zeide: Dat de wateren onder de hemel op één plaats samenvloeien en het droge te voorschijn kome; en het was alzo. En God noemde het droge aarde, en de samengevloeide wateren noemde Hij zeeën. En God zag, dat het goed was.
Genesis 1:9-10 Het Boek (HTB)
Daarna zei God: ‘Laat het water onder de hemel samenstromen in zeeën en het droge land zichtbaar worden.’ En dat gebeurde. God noemde het droge land ‘aarde’ en het samengestroomde water ‘zeeën’. God zag dat het goed was.
Genesis 1:9-10 BasisBijbel (BB)
En God zei: "Ik wil dat het water beneden op de aarde naar één plek stroomt, zodat er ook droge grond tevoorschijn komt." Wat Hij zei, gebeurde. De droge grond noemde Hij 'aarde' en het samengestroomde water noemde Hij 'zee'. En God zag dat het goed was.