Ezechiël 1:26-28

Ezechiël 1:26-28 NBG51

Boven het uitspansel boven hun hoofden was wat er uitzag als lazuursteen, dat de vorm had van een troon; en daarboven, op hetgeen een troon geleek, een gedaante, die er uitzag als een mens. En ik zag iets schitteren als metaal; vanaf wat op zijn lendenen leek naar boven als vuur omvat door een hulsel; en vanaf wat op zijn lendenen leek naar beneden, zag ik iets als vuur omgeven door een glans. Zoals de aanblik is van de boog, die in de regentijd in de wolken verschijnt, zo was de aanblik van die omhullende glans. Aldus was het voorkomen der verschijning van de heerlijkheid des HEREN. Toen ik haar zag, viel ik op mijn aangezicht, en ik hoorde de stem van Een, die sprak.

Gratis leesplannen en overdenkingen die te maken hebben met Ezechiël 1:26-28

YouVersion gebruikt cookies om je ervaring te personaliseren. Door onze website te gebruiken ga je akkoord met ons gebruik van cookies zoals beschreven in ons Privacybeleid